vrijdag 22 mei 2015

1-0 (maar wel een beetje onverdiend)

Vanmorgen een ochtend als menig andere. Opstaan, ontbijt, aan het werk en hoe meer en vaker ik naar buiten tuur, hoe beter het weer lijkt te worden. Zon, mooie wolken in de lucht en een wind die voor het eerst een keer mee lijkt te vallen. “Als ik nu morgen of zaterdag wat langer door werk, dan kan er vandaag best wel meer af dan een rondje Sneekermeer”, mijmer ik.
Ik heb zin om de andere kant op de fietsen. De laatste tijd heb ik menig kilometer in Zuid Friesland afgelegd. Nu maar een keer naar het Noorden; Dongeradeel in en dan naar het Lauwersmeer. Een beetje tegen mijn “regel” in. Meestal fiets ik eerst met de wind tegen, zodat terug altijd mee valt. Als ik nu naar Dokkum fiets, heb ik de wind schuin in de rug. Ik teken in Basecamp een route die bewust door vrij open vlakte gaat naar het Lauwersmeer en zoveel mogelijk door het wat beschutte “coulissen landschap” van Kollum, Buitenpost en Burgum op de terugweg. De laatste 35 kilometer zijn dan wel weer onbeschut, maar ach…. Dat redden we vast wel.

Het is al kwart over elf als ik goed en wel op weg ben. Veel “verklungel” tijd heb ik vandaag niet. Zo’n 135 kilometer duurt de tocht en vanavond wil ik naar Heerenveen – Feyenoord. Een wedstrijd die op de idiote tijd van half zeven begint. Dat betekent goed kwart over vijf uit Sneek weg.
De weg naar Leeuwarden gaat prima en geeft niets bijzonders. Halverwege besluit ik een iets andere route door de stad te nemen. In kilometers waarschijnlijk iets langer, maar volgens mij wel beter “fietsbaar”. Meer voorrang voor fietsers en minder kruisingen. Bij de Schrans glijd ik Leeuwarden binnen, dan langs de oude gevangenis (Blokhuispoort, leuke excursies) en dan via de Groningerstraatweg naar Lekkum waar de stad weer verlaten wordt. De vier kilometer gingen uitstekend op deze manier. Mijn gemiddelde daalde slecht van 32,8 naar 30,4 km per uur en via de kortere oost kant van de stad zakte het gemiddelde altijd tot onder de 28 km / uur.
Langs de Dokkumer Ee vervolgt de weg zich richting Dokkum. Het schilderachtige Wijns, Bartlehiem en Burdaard worden zonder al te veel moeite doorkruist. Het fiets heerlijk dwars door de geur van vers gemaaid gras.




Halverwege Burdaard gaat de telefoon. Ik stop om te kijken of ik terug moet bellen of dat het wel even kan wachten. Het is mijn broer uit Rotterdam: een Heerenveen supporter. Of ik nog een kaart voor vanavond kan regelen. Alsof ik altijd met clubkaart fiets….
Uiteindelijk lukt de extra kaart via vrienden. Leuk; mijn broer gaat ook mee (mistte door file wel de eerste helft, maar dat kon de pret niet eens drukken). Omdat ik stil sta, ontwaar ik twee zwanen in het hoge gras. Waarschijnlijk zitten ze op een nest maar ik zie alleen hun hoofden. Maf is het beeld zo wel.



Binnen anderhalf uur wordt Dokkum bereikt. (Oh.. Gerryt, wat mag jij elke dag toch een fraaie route!). Het centrum van deze stad (sinds 754) is dank zij de molens op de bolwerken en het prachtige stadhuis uit 1610 een plaatje. Traag fiets ik de stad door en zuig ik wat historie binnen.


Daarna op naar Oostrum. Een oud terpdorp. Ooit vond met in de terp aardewerk uit 3400 voor christus. Tot iets minder lang geleden (1968) werd er vaker klei gebakken in de steenfabriek van Oostrum aan de  Dokkumer Grutdjip. Nu is de schoorsteen een mooi en fier baken in het weidse klei landschap.



Tussen Oostrum en Ee is het stuiteren. Tjee, wat een wegdek. De vele trekkers hebben de klinkers niet strakker naast elkaar gelegd en soms is de weg zo rond dat ik vrees er af te rollen. In het dorp Ee stop ik even. De kerk uit het jaar 1220 hoog op de terp en de omliggende oude huizen zijn van het kaliber “open luchtmuseum”. Alleen wonen hier gewone mensen die waarschijnlijk niet eens herkennen hoe bijzonder de streek hier is.
Maar ook het landschap is bjusterbaarlik. Mooie vergezichten, super veel vogels en helaas; redelijk veel vliegen. Het vizier vangt de meeste voor me weg, maar kan niet voorkomen dat ik er een paar tussen mijn tanden door weer uit spuug.




Het dijkje waaronder ik langs ik fiets is een jaar of duizend jaar oud. Hier er daar zijn wat lagen afgekalfd. Het is alsof je in de geschiedenis kijkt. Voetstappen van hele generaties die hier werkten op het land, visten op de zee, en vochten tegen het water.

Vlak voor Ezumazijl de dijk door naar Ezumakeeg. En ja; het natuurgebied is hier een vogelparadijs.  Vreemde vogels in auto’s die met meterslange telelenzen zonder vieze voeten of gesleep “van de natuur genieten” (?).


Ik fiets liever door naar de vogelhut (Sylkajút). Binnen is het net niet te druk. Op het eilandje net voor de hut en in het water rondom is veel te zien en te beleven. 


Ik krijg er nooit genoeg van en knip maar raak (zo; dat zijn vanavond minstens weer honderd foto’s die gewist worden).



De bonte strandlopers; krombekstrandlopers; kemphanen, de bontbekplevier, grutto’s, wulpen, grutto’s, kluten, bergeenden en in de verte zeven lepelaars.




Tuurlijk; foto’s maken is prachtig. Maar het mooiste blijft al die vogels die geheel en al hun eigen gang gaan; hun eigen regels kennen en elk hun eigen manieren hebben om duidelijk te maken hoeveel ze (al of niet) van elkaar houden. Om kwart over twee neem ik helaas afscheid van de fraaie vogels.




De terugweg naar huis gaat eerst via het smalle fietspad naar Dokkumer Nieuwe Zijl (zucht, weer even stoppen, dat licht op het koolzaad). Daarna richting Kollum, Oudwoude en het beschutte Veenklooster. Een prachtig coulisselandschap, waarbij de akkers en weilanden fraai omzoomt zijn door houtwallen, bomen en struikgewas (het toneel met coulissen). Het zonlicht kleurt de wereld fraai in door het zachte verse groen van verse eikenblaadjes. Minstens even belangrijk: de bomen vangen veel wind voor je weg.




Ten zuiden van Kollumerzwaag is de weg vlak voor het spoor opgebroken. Ik kijk op de kaart van mijn Garmin fietscomputer en het lijkt geen punt te zijn. Na een paar 100 meter kan ik ook het spoor over. Mooi niet dus. Deze tunnel ga ik in de Quest niet doorkomen. 


Uiteindelijk fiets ik (vrijwel) 10 kilometer om via Buitenpost. Erg is het niet; alleen tijd kost het zoeken en omrijden wel. Dat wordt wel haasten straks als ik thuis ben.
Het vervolg gaat weer vrij voorspoedig. Zit voor Burgum op 100 kilometer en pedaleer nog lekker. Na Garijp is het coulisselandschap helaas op. De wind is nu strak tegen. Met een kracht vier, vijf waait hij over het kale land tussen Wartena en Grou. Ik merk dat mijn tempo terugvalt. Het kost moeite om met 28 kilometer per uur te fietsen. Beelden van Indurain (1996) komen boven: etappe naar Les Arcs. Indurain verloor 3 minuten in de laatste vier kilometer. Hongerklop. Zouden twee boterhammen met een plak magere kaas en een banaan voor deze tocht dan toch niet genoeg zijn?

Het is nog maar 12,5 kilometer naar huis, maar ik stap uit bij de snackbar de “twee gemeenten” in Irnsum. Twee blikjes Chocomelk en even de spieren strekken. Het helpt wel; de laatste kilometers gaan wat makkelijker. Heel snel gaat het niet meer. Ik houd met enige moeite de teller net boven de dertig. Maak nog even een praatje met Tom Hospes die de andere kant op Quest. Morgen gaat hij - samen met Peter de Rond - voor een brevet van 400 kilometer. Ik vraag "zet je de fiets op de auto?" "Nee joh, het is toch mooi weer". Tja, en dan heb ik na 140 kilometer de pijp al een beetje uit.... Wat een bikkels. 


Om vijf uur thuis. Een snelle douche; een halve pizza en eigenlijk te laat de auto in. Heerenveen wint met 1-0. Leuk, maar wel een beetje onverdiend.

4 opmerkingen:

  1. Hoi Klaas,

    Weer schitterende foto's!

    Groeten, Adri.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Het Lauwersmeergebied is schitterend en een velomobiel komt hier helemaal tot zijn recht. Ik fiets vaak een grote ronde om het meer vanuit de stad Groningen van net geen 100 km. Zo'n rondje kan je gewoon blijven fietsen.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Mooi verhaal weer Klaas. Als jij zo schrijft hoe ik niet te fietsen, ik ben gewoon bij je aan boord :)
    Groeten,
    Wim

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Heren dank voor de mooie woorden ! :-) ... Alleen Wim, ik hoop altijd dat er juist méér mensen gaan fietsen door mijn verhalen... ;-)

    BeantwoordenVerwijderen