Zo; het moest er eindelijk maar weer eens van komen. De
fiets van stal. Het weer had me weken lang smoezen gegeven om niet te fietsen;
te koud; te veel wind; te grijs. Daarnaast hebben Lenie en ik een nieuw plan
opgevat. Eind juni lopen in IJsland; mijn favoriete land. Vier dagen van
Landmannalaugar naar Þórsmörk. Geen auto te zien of te horen; geen fiets die er
zomaar komen kan. Van berghut naar berghut. Ook heerlijk. Dit jaar voorzichtig
begonnen met lopen verder dan de eigen auto of fiets. Niet mijn favoriete wijze
van voortbewegen; maar ongetraind met bepakking de IJslandse bergen door, dat
is vragen om een rescue team of op zijn minst om problemen.
Door “al dat gewandel” (ik overdrijf nu schromelijk) kreeg
ik helaas wat last van mijn scheenbeen. Wat rust is niet onverstandig. Op een
internet-site kwam ik tegen dat de blessure vaker voorkwam bij fietsers. Dit
omdat zij wel de conditie hebben, maar niet de wandelspieren. Nu is mijn
conditie tegelijkertijd met de sneeuw weggesmolten, maar andersom is het dus
ook waar. Als ik nu ga fietsen, dan heeft mijn “blessure” daar geen hinder van.
Die hypothese is vanmiddag uitgeprobeerd. Nieuwe wind in de
banden; wat olie op de ketting en met twee icebreaker-shirts aan de fiets in.
Een buff om mijn nek en de jas voor de zekerheid mee. Wind stond er genoeg
vandaag. Van de kou geen last gehad. De volgende keer volstaat een shirt ook
wel.
De Garmin Edge fietscomputer was volledig leeg. Runkeeper op
de iPhone aangezet omdat ik vrees dat Peter de Rond met zijn onwaarschijnlijke
snelheid in staat is om me een ronde te lappen in de 40
“Sneekermeerkilometers”.
Drie maanden niet fietsen is wel te merken. Eerst wind
tegen. Met moeite houd ik de fiets net boven de 30 kilometer per uur. Het is
wel vreemd; fietsen zonder snelheidsmeter. Maar vandaag was een meter waarschijnlijk
een aanslag op mijn humeur geweest. Het tweede deel gaat ietsjes beter.
Thuisgekomen zie ik dat mijn kruissnelheid tussen km 13 en km 28 zo rond de 35
ligt. Joure door gaat traag ook vanwege wegwerkzaamheden. Naar Sneek gaat wel
weer aardig. Mijn gemiddelde komt uit op een fraaie trage 32 kilometer per uur.
De wereld staat nog behoorlijk in de winter stand. Het gras
is nog vaal geel/groen. Geen blad aan de bomen. Op het ooievaarsnest aan de weg
bij Akmarijp zit nog niemand. Maar ik zie dat aan het nest “gewerkt wordt”.
Toch een teken dat de winter echt binnenkort over moet zijn.
Ik voel me de hele middag een stuk fitter. Onzin
waarschijnlijk, maar wel heerlijk dat fietsen.
He, die Klaas, je bent er weer, mooi dat je aan het wandelen geslagen bent, minder dat je minder schrijft:-))
BeantwoordenVerwijderenMijn gemiddelde zit een hoop mensen dwars, kan er ook niks aan doen :-)) vind het wel leuk.
Gr. Peter.