Leeuwarden heeft zijn “Bakker, Uw slager”. In Zwolle werkt
een kaakchirurg met de naam “Koppendraaier”, in Utrecht doceert dhr. Kabel
media en communicatierecht en Lattrop heeft “de Rond, Ovale tandwielen”.
Om het leed een beetje minder leed te laten zijn heb ik toen
de achter brug van mijn Quest gelast werd er meteen maar ovale tandwielen in
laten zitten. Vooral met klimmen zou dit zoveel beter zijn. Het meest
overtuigende argument werd (ook zichtbaar) geleverd door Tom Hospes. Hij
vertelde dat hij sinds zijn ovale tandwielen 10 kilo was afgevallen.
(Wauw… dat wil ik ook. Fietsen met het gewicht van een Carbon
Quest tegen beduidend minder kosten.)
Als het om de Quest gaat ben ik wel vaker in voor
vernieuwing. De Risse schokdemper, de links klemmende ashouder (in Frankrijk
aangevuld met de “onderklemmend lijmtang”) stormstrips, vizieren,
F-lite banden en nu dus “Ovale tandwielen”
Van sommige vernieuwing heb ik inmiddels afscheid genomen.
Schwalbe Marathons zijn gewoon veel sneller dan F-Lites als je alle
“bandenplakwisseltijd” mee mag rekenen. De stormstrip verkleurde lelijk,
het laatst aangeschafte grote vizier ontnam me haast elk zicht bij regen en een nieuwe ashouder klemt tegenwoordig links en rechts (de lijmtang heb ik bewaard op een
ereplekje trouwens).
En voor de discussie: ik weet niet of er een relatie is
tussen de Risse, veel bagage (gewicht), slechte wegen en een scheur in de
achter brug. In elk geval zit op het moment voor de zekerheid de veerpoot er
weer in.
Maar ach, een mens wil wel eens wat…. spijt heb ik nergens van. Ik denk dat de
ovale tandwielen een heerlijke blijver zijn. Ik fiets er nu zo’n 400 kilometer mee
en na een periode van wennen vind ik ze comfortabel. Het is in het begin zoeken
naar een goede cadans: de vanzelfsprekendheid van je cadans is weg.
Ovale tandwielen kennen namelijk geen “dood punt”; het punt
waarop je aanzet om rondtedraaien. En – tenminste zo verging het mij – dat “aanzetpunt”
herinnert je lijf als ritme van je cadans. Aan de hand van dat ritme fietste
ik, eventueel ondersteund met een onzinnig liedje in je kop (het al eerder
gememoreerde “de Kop van de Kat”).
Bij ovale tandwielen is dat ritme weg. Je trapt niet
meer over een dood punt heen, maar je voeten malen met gelijkmatige
kracht de trappers rond.
Nu ben ik een leek, maar ik denk dat dat ook de reden is
waarom je cadans om hoog gaat; waarom je sneller gaat trappen. Met ronde
tandwielen zoek je een maximale spanning op waarmee je over het “dode punt”
heen trapt, om direct daarna die spanning los te laten. Je spieren spannen en
ontspannen zich. Met ovale tandwielen is die maximale spanning niet
plezierig omdat hij niet gevolgd wordt door ontspanning. De spanning in je
benen is redelijk constant, waardoor een lichtere, snellere tred aangenamer wordt.
De brug op gaat in elk geval makkelijker en sneller (bergen
hebben we niet zo heel veel hier in Friesland), optrekken is zeker geen last
meer en mijn spieren zijn minder verzuurd na een flinke tocht.
Overdrijven wil ik nog niet. Ik denk niet dat het verschil
zo enorm is dat ik met ovale tandwielen in mijn schoenen opeens de Marathon van
Rotterdam kan lopen. Er naar toe fietsen is goed te doen. En ik krijg zeker zin
om in de toekomst nog eens een fikse berg aan te vallen.
Het meest belangrijke dat niet verandert met de Rotor’s is de wereld waardoor je fietst. Die blijft
gewoon prachtig.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten