maandag 27 mei 2019

Hervás


“Ach”, denk ik als om half acht de wekker gaat “in een autostoel zit het beter dan op een fietszadel”. Ik draai me nog een keer om en merk dat Lenie hetzelfde doet. Het kost wat moeite om om gang te komen. De vooruitzichten zijn “pittig”. Pittig weer (dik 30 graden), pittige wind tegen (met uitschieters tot 6 Bft) en een lange klim van 15km. Omdat het zo warm wordt krijgen we van de hoteleigenaar 2 flessen water mee, “en wacht, hier… een potje gedroogde vijgen… van deze boom. Die zijn heel gezond, dan halen jullie Santiago zeker!”
Het “todos ustedes son tan agradables” heb ik enkele dagen geleden uit mijn hoofd geleerd. Het betekent zoveel als “wat zijn jullie toch ook allemaal aardig!”. Ik wil het de eigenaar meegeven, maar ben de tekst natuurlijk al weer kwijt. In het engels lukt het wel, en met een glimlach fietsen we het durp uit.

De eerste kilometers zijn een saai. Op weg naar de oorspronkelijke route. We fietsen door de buitenwijken van Plasencia en langs de snelweg richting Portugal. Na 22km in Carcabosso zijn we “back on track”. Een glas versgeperste zon (zumo) en hop, het zadel op. Net buiten het dorp vinden we de oorspronkelijk route. We fietsen over een scrabble woord: zandweggetje. Maar dit is een hele mooie. Het pad (singletrack, heet dat geloof ik), slingert tussen de bomen door en glooit wat op en neer. Na een kilometer of vier van de fiets af voor koffie. Niet omdat we er aan toe zouden zijn, maar omdat het hier zo verrekte fraai is. Tijdens het fietsen is het oppassen. Het pad – 20 misschien 30 cm breed – is ingesleten. De kanten zijn hard en er liggen keien in. Het is nu niet het ontwijken van een steen, maar veeleer opletten dat je trapper goed “staat” als je weer een steen ziet liggen. Soms gaat het mis, maar echt mis gaat het gelukkig niet.


Met een bak koffie in de hand, zuig ik het landschap diep naar binnen. Ik weet niet of het ergens op slaat, maar ik moet aan het Dwingelerveld denken. Dat stuk fietspad met die jeneverbessenstruiken. Dat kronkelt ook zo heerlijk rond. Dit pad duurt langer. Een twintigtal kilometers door mijn lievelingslandschap: De boomweides. Af en toe een hek door en soms haast over een koe heen (was het niet gister dat ik beweerde “dat zou ik nooit durven…”). Op zo’n pad wil je wel naar Sneek terugfietsen.


Soms komen we stroken met de oude steentjes tegen. De route is zo’n 2000 jaar geleden aangelegd als heerbaan voor het romeinse legioen. Zoveel geschiedenis; een klein steentje geschiedenis laat ik stil mijn fietstas inglijden. Eerst de Romeinse soldaten en later – vanaf het jaar 813- een constante stroom van (wellicht) vrome pelgrims naar Santiago. En nu, nu fiets ik hier op mijn E-bike. Ik voel me geen Pelgrim, maar ben een groot genieter van het erfgoed en de natuur hier. Ik vraag me nog even af wat een echte Pelgrim is. Gister hoorde ik het verhaal van iemand die hem liep met een zelf opgelegd budget van 5€ per dag. Dan kom je wel heel dicht bij. Een kwartier later na mijn mijmeringen komen we – met linten en rolkoffer – wellicht niet direct het antwoord op mijn vraag tegen.


Het pad eindigt bij de opgravingen van de Romeinse stad Caparra. Er staat nog een oude boog fier overeind. We doen een “Volendammertje”. Lenie filmt hoe ik de poort onder door fietst en ik film hoe Lenie er weer uit komt.


Na Caparra begint het te stijgen. Teveel om het vals plat te noemen en te weinig voor een heuse beklimming. De harde wind verkoelt, maar geeft ook meer “last” dan de 3% klim. We fietsen weer over de vrijwel lege N630. Het landschap verandert. Geen dehesa meer, het worden heuse bergen.

Lenie zegt “ik wil ook nog een keer in een Refugio slapen”. “Is een klooster ook goed?”, vraag ik. Gelukkig is het antwoord “ja”. Ik had in het routeboek gelezen dat is het oude mooie – en mooi is het plaatsje zeker- plaatsje Hervás een klooster omgebouwd was tot fraai Hotel. Lenie wil morgen voor we vertrekken nog even het zwembad in.

2 opmerkingen:

  1. Wat een zaligheid..op de fiets én door prachtige natuur!!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Geweldig wat een plaatjes ik wordt een beetje jaloers.
    Heerlijk om te lezen en een beetje mee te fietsen.

    BeantwoordenVerwijderen